Geen zicht op resultaten armoedebestrijding in Groningen

Rekenkamer Cie-2480Hebben de gemeentelijke maatregelen tegen armoede in de Stad ook echt effect? Het antwoord is dat de gemeente dat zelf eigenlijk niet goed weet. Dat is één van de conclusies van de gemeentelijke Rekenkamercommissie die het armoedebeleid van de gemeente Groningen heeft onderzocht en gisteren werden gepresenteerd. De onderzoekscommissie raadt de gemeente aan preciezer te formuleren wat het armoedebeleid concreet moet opleveren.


De gemeente Groningen besteedt jaarlijks meer dan 14 miljoen euro aan het armoedebeleid. Dan gaat het bijvoorbeeld om schuldhulpverlening door de Groningse Kredietbank (GKB), de TV- en witgoedregeling, het Kindpakket en de Stadjerspas. Met als missie ‘Groningen wil niet dat mensen in armoede leven’ wil de gemeente minima zo onder meer een vangnet bieden, meer zelfredzaam en economisch zelfstandig maken en helpen in de Groningse samenleving te anticiperen.

Doeltreffendheid
Maar worden met al die acties en projecten ook resultaten geboekt? Zetten de vele activiteiten op het gebied van armoedebestrijding ook echt zoden aan de dijk? En wat zijn de ervaringen van de minima zelf? Met die vragen heeft de Groningse Rekenkamercommissie, die onder meer tot doel heeft de doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid te onderzoeken, een onderzoeksbureau aan het werk gezet.


Participatie
Belangrijke conclusie is dat de gemeente geen zicht heeft op de maatschappelijke effecten van het armoedebeleid. Dat komt omdat het in Groningen ontbreekt aan concreet en specifiek geformuleerde beoogde effecten van het beleid. De gemeente heeft ook niet in beeld bij welke minimahuishoudens maatschappelijke participatie een probleem is en wat hiervan de oorzaken zijn. Wel is er zicht op de uitgevoerde activiteiten en het aantal gebruikers, maar niet of nauwelijks op de gerealiseerde effecten van concrete projecten.

Ondergrens
De Rekenkamercommissie: “Het ontbreekt aan doelen en indicatoren aan de hand waarvan de maatschappelijke effectiviteit en efficiëntie van het armoedebeleid kunnen worden geëvalueerd.” De commissie beveelt scherpere doelstellingen aan over wat de gemeente met het armoedebeleid wil bereiken. “Concretiseer ideaalbeelden als ‘niemand zakt door te ondergrens’ en ‘wij willen niet dat mensen aan de kant staan omdat ze geen werk hebben.” Verder moet de gemeente een beter beeld krijgen van de groep niet-participerende burgers en van de oorzaken waarom ze niet goed participeren.”

Communicatie
De onderzoekers concluderen ook dat de gemeente Groningen nauw samenwerkt met de grote hoeveelheid organisaties die zich bezighouden met armoede. De samenwerking tussen de gemeente en deze organisaties is de laatste jaren verbeterd. “De gemeente luistert meer naar signalen uit de samenleving, faciliteert nieuwe initiatieven en betrekt partners meer dan voorheen bij de ontwikkeling en uitvoering van nieuwe regelingen.” De Rekenkamercommissie stelt vast dat de gemeente veel doet aan communicatie om minimahuishoudens zoveel mogelijk gebruik te laten maken van de regelingen die er zijn.

WIJ-teams
Toch blijkt vaak dat minima niet weten wat er allemaal mogelijk is. Dat aanbod wordt ook door veel verschillende gemeentelijke afdelingen en maatschappelijke organisaties uitgevoerd. Een integrale aanpak ontbreekt, aldus de commissie. “Er is niet één ‘aanbieder’ die de regie heeft en organiseert dat er een aanbod op maat komt.” De komst van de zogeheten WIJ-teams in de Groningse wijken kan daar verbetering in brengen. “Deze WIJ-teams kunnen volgens het principe ‘één gezin, één plan, één regisseur’ aan de slag en daarbij de regelingen en projecten op maat inzetten”, adviseert de Rekenkamercommissie.

Bang voor boetes
Wel is volgens de Rekenkamercommissie zichtbaar dat een grote groep minima door een grote nadruk op handhaving bang is om hun situatie te veranderen en te gaan participeren door bij voorbeeld te werken naast hun uitkering. Ze zijn bang voor boetes. Verder is er een groep die een iets hoger inkomen heeft, daardoor buiten de regelingen valt en daardoor per saldo een lager inkomen heeft. “Hierbij heerst het gevoel van een onrechtvaardige behandeling.” De Rekenkamercommissie heeft haar onderzoeksrapport aangeboden aan de gemeenteraad. Die zal de conclusies en aanbevelingen waarschijnlijk bespreken in haar commissie Werk en Inkomen van woensdag 16 maart.

Het complete rapport van de Rekenkamercommissie is te vinden op https://gemeente.groningen.nl/rekenkamercommissie

Foto’s: Siebrand Wiegman

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *